Tour de France

Net als de wielrenners, legt ook de NOS-verslaggever 3.405 kilometer af deze zomer. Niet op de fiets, maar achterop bij motard Kim Tiebergyn. En net als de renners bereidt Timmerman zich minutieus voor op wat hem te wachten staat. Als de commentator van Radio Tour het routeboek openslaat, valt gelijk op dat het een ‘echt een Tour is voor klimmers’. “Maar liefst zeventig beklimmingen! En het is ook de ronde met de minste tijdritkilometers sinds 1934.”

De Tour de France van 1980 was een stuk langer. Joop Zoetemelk legde bijna 4000 kilometer af toen hij trots in de gele trui juichend over de finish kwam op de Champs-Élysées. Rob Lenting zocht Joop op in Leiden op waar hij in maart van dit jaar het startschot gaf voorafgaande aan de Zoetemelk Classic. “De etappes waren toen een stuk langer!” waarschuwde Joop toen ook al.  Zijn blik wekte niet bepaald vertrouwen toen hij hoorde over plannen om zelf die Tour te gaan fietsen. Bedachtzaam bekeek Zoetemelk het Barbapappa lichaam van Lenting.

Terug naar de echte Tour de France. Het peloton begint zaterdag in het Spaanse Baskenland, waar etappe 1 start en finisht in Bilbao. En vanaf die eerste dag loopt de weg omhoog. Tot zover geen klachten. Timmerman: “Doorgaans is dat leuker werken voor ons, als ze er een beetje spektakel van maken in de bergen. Dan kunnen we van het ene groepje naar het andere rijden.”

De Tour de France 2023 telt dus uitzonderlijk veel klimwerk. “Bij elkaar is het ruim 400 kilometer klimmen”, vervolgt Timmerman. “Er zit slechts één tijdrit in en die is maar 22 kilometer lang. En ook daarin krijgen de renners het nodige klimwerk voor de boeg.” In 1980 werd er ook genoeg geklommen: Zoetemelk bedwong ruim 42.000 hoogtemeters. Denken aan de Aubisque, Tourmalet, Galibier en Col de la Madeleine doet Lenting duizelen. Vooral die laatste reuzin boezemt angst in.

Wat valt Timmerman nog meer op? “De etappes zijn relatief kort. Er zijn maar twee ritten langer dan 200 kilometer. De langste etappe is al op de tweede dag, maar valt met 209 kilometer reuze mee qua lengte. Er zitten geen kasseistroken in en ook de weersvoorspellingen lijken gunstig. Waaiers of slecht weer verwacht ik niet zo snel. Er lijkt op voorhand dus weinig te halen voor klassiekerspecialisten als Mathieu van der Poel en Wout van Aert. ”

“De Puy de Dôme keert terug na 35 jaar afwezigheid”, roept Timmerman enthousiast. “Dat is een voormalige vulkaan in de Auvergne, bij Clermont-Ferrand. Die vulkaan staat in een natuurgebied en is eigenlijk al jarenlang afgesloten voor al het verkeer, ook voor fietsers. Maar één keer per jaar mogen wielrenners hier tegenop rijden.”

“Twee jaar geleden is een nieuwe president van het departement aangetreden en die heeft eigenlijk de deur voor de Tour-organisatie op een kier gezet. Daardoor krijgen klinkende namen zoals Federico Bahamontes (1959), Luis Ocaña (1971 en 1973) en Joop Zoetemelk (1976 en 1978) eindelijk een opvolger.” Wist je dat anno 2023 nog altijd duizenden fietsers dolgraag met Joop op de foto willen?

“Het bekendste gevecht dat hier ooit plaatsvond, was tussen Raymond Poulidor en Jacques Anquetil. ‘Poupou’ bleek veel sterker dan zijn eeuwige rivaal. Als Poulidor toen eerder was aangegaan, dan had hij waarschijnlijk 14 secondes extra goedgemaakt.” De gele trui lag voor hem klaar bij de finish. “Dit gebeurde niet en zoals we weten zou de opa van Mathieu van der Poel het geel uiteindelijk nooit dragen.”

Of de kleinzoon .van Poulidor in deze Tour weer een stunt uithaalt zoals in 2021 is de vraag. Timmerman: “In de eerste rit lijkt de klim op tien kilometer voor de streep in Bilbao op voorhand te lastig voor Van der Poel. En de Puy de Dôme is sowieso te lang en te zwaar voor hem.” Mogelijk te lastig voor Van der Poel? Wordt hier mogelijk zeer belangrijke informatie aangaande de vraag ‘Wie pakt de eerste gele trui?’ weggegeven?

“Na de Pyreneëen en de Puy de Dôme doemen de Alpen op, waar het vijf dagen op rij klimmen geblazen is. Dat begint al op de Franse nationale feestdag 14 juli, als de finish boven op Grand Colombier ligt.” Voor ons rovers de Koninginnenrit. Hier misschien wel de grootste kans op 20 punten. Timmerman had liever wat echte Alpenklassiekers gezien. “Dit jaar geen Galibier, Madeleine, Croix-de-Fer en Alpe d’Huez. Toch wel jammer!” In 1980 was de Col du Galibier (2645m) het hoogte punt.

Wel in het parcours opgenomen is de Col de la Loze. “Ik kijk uit naar etappe 17. Die springt er op papier het meeste uit. Een slechte dag kan je daar duur komen te staan. In 165 kilometer moeten de renners over de Col des Saissies (eeste categorie), Cormet de Roselend (eerste), Longefoy (tweede) en de 28 kilometer lange Col de la Loze (buitencategorie), met 2.304 meter het dak van de Tour.”

Timmerman: “Drie jaar geleden lag de finish boven op die klim, nu volgt na de top nog zes kilometer in dalende lijn naar Courchevel, waar de streep ligt getrokken op een landingsstrip die jarenlang behoorde tot de gevaarlijkste ‘luchthavens’ ter wereld. Het is een rit voor waaghalzen en stuurmanskunstenaars, want ook de afdaling van de Cormet de Roselend is link en in de afdaling van de Côte de Longefoy zijn maar liefst 26 haarspeldbochten in 10 kilometer gepropt.”

“Deze etappe is wel in een ander daglicht komen te staan na het tragische ongeval met Gino Mäder in de Ronde van Zwitserland. Het is de vraag of de Tour-organisatie deze afdaling handhaaft in het parcours.”

Heeft het voor sprinters wel zin om de Tour te rijden? “Zeker weten! De eerste dagen zijn er heuvelachtige ritten in Spanje, maar vanaf etappe 3 komen er zeker voldoende mogelijkheden. In totaal tel ik acht etappes waarin een massasprint zeer waarschijnlijk is. Waaronder etappe 7 naar Bordeaux, waar voor het eerst sinds 2010 weer een aankomst is.”

“De meest prestigieuze finish voor sprinters is natuurlijk op de Avenue des Champs-Élysées in Parijs, maar twee dagen eerder wacht ook iets speciaals. Aan het einde van de 19de etappe ligt de laatste bocht namelijk op zeven (!) kilometer van de finish in Poligny. Daarna is het één kaarsrechte weg naar de eindstreep. Dat moet toch wel de langste laatste-rechte-lijn ooit zijn.”

Rob Lenting hoopt op 23 juli ook aan te komen in Parijs.

Laatste 5x podium in Parijs:

Laatste 5x Groene trui; Bolletjestrui; winnaar Champs-Élysées.

Officiële website
Voorlopige startlijst
Favorieten Gele trui
Favorieten Groene trui
Favorieten Bolletjestrui