Jan hing ondersteboven in een lantaarnpaal

Jan hing ondersteboven in een lantaarnpaal
 

Het startschot klinkt. Weg als het flitst, de eerste passen lopen, snel gaan glijden, eerste bocht snelheid maken, kruising over, tweede bocht snelheid houden, alles geven tot de finish. Jan Ykema won zilver. Alweer 22 jaar geleden…

Calgary 1988. Jan Ykema heeft de binnenbaan geloot. Een groot voordeel, want starten in de binnenbaan betekent eindigen met een buitenbocht. De starter oogt nerveus, het is ook zijn eerste Olympische race. Jan besluit het erop te wagen, hij gaat voor een pikstart. Een pikstart is het stelen van de start door te vroeg weg te gaan zonder dat het opvalt. Het lukt! Jan is weg voor de starter er erg in heeft. De eerste 100 meter gaan in 9,85 secondes, een mooie opening. De binnenbocht gaat vloeiend en nu gaan glijden. Over de kruising bam, bam, bam, iedere klap is raak en dan op volle snelheid de laatste buitenbocht in. Oei, het hapert even, zijn tegenstander Guy Thibault komt binnendoor. Op weg naar de finish geeft Jan pas echt gas. NOS-verslaggever Mart Smeets gilt “rijden Jan, rijden Jan!” Hij pakt de Canadees op de meet. “Een nieuw Olympisch record, o Jan, wat een race!” roept Smeets met een snik in zijn stem.

De Duitser Uwe-Jens Mey rijdt in de vierde rit sneller. Dat was ingecalculeerd, de absolute nummer 1 van de sprint verbetert het wereldrecord, maar dan bijt de ene na de andere favoriet zijn tanden stuk op de tijd van Ykema. De laatste rit gaat van start. Jan heeft nog altijd kans op zilver, maar kan ook nog vierde worden. De flamboyante Fries ijsbeert zenuwachting over het middenterrein van de Olympic Oval. Thuis in Harlingen staart vader Douwe met tranen in zijn ogen naar de televisie. Moeder Nienke is allang naar boven gevlucht en ligt met haar hoofd onder een kussen hardop te praten tegen onze Goede Heer. Net als vroeger toen kwajongen Jan ondersteboven in een lantaarnpaal hing, zijn beentjes geklemd om horizontaal gebogen ijzer in de top. “Hij heeft zilver”, schreeuwt Douwe richting de slaapkamer. In Calgary viert Jan met fonkelende ogen en dansende bos krullen feest, in Harlingen gaan de kroegen open. Na de zilveren race stopt Ykema met schaatsen en werd makelaar. “Ik werd dus niet gelukkig”, vat Jan 22 jaar later die tijd samen. Tegenwoordig staat hij weer op het ijs, nu als coach.

Friesland won zilver op een sprintnummer, voor het eerst in de geschiedenis. Tot op vandaag kwam geen Nederlander in de buurt van het podium op een Olympische 500 meter. Jan Smeekens en Ronald Mulder gaan het in Vancouver opnieuw proberen. Ze waren dit jaar een paar keer snel, maar komen waarschijnlijk iets te kort voor goud. Of alles moet kloppen, zoals bij Jan in 1988. Dit seizoen reden 7 mannen sneller dan 34,4 secondes, een tijd die volgens kenners nodig is om te winnen. Er zijn 7 topfavorieten dus: Kyou-Kyuk Lee, Kang-Seok Lee (Zuid-Korea), Keiichiro Nagashima, Joji Kato, Yuya Oikawa (Japan), Mika Poutala (Finland) en Tucker Fredricks (USA). De Glazen Bol vraagt naast de snelste man ook om de snelste vrouw. Alleen beide winnaars goed levert punten op. Bij de vrouwen is het eenvoudiger. De 500 meter wordt gedomineerd door drie rijdsters: Jenny Wolf (Duitsland), Beixing Wang (China) en Sang-Hwa Lee (Zuid-Korea). Even snel wiskunde dan: statistisch gezien zijn er 7 topfavorieten bij de mannen en 3 bij de vrouwen, dat geeft 21 mogelijke combinaties. Zonder rekening te houden met outsiders. Een vraag om mee te scoren dus. En Jan? Hij houdt nog altijd zielsveel van zijn vader.

Gepubliceerd op 07/02/2010
Aangepast op 07/02/2010
Auteur: Roversnest
 
 
Michiel Oosterhoff
9 februari 2010 om 17:22:27
Jezus Lentilus!

Ondanks mij surfverbod op de site moet ik toch even stiekem een glimp vangen van je stukjes en de bijpassende foto's. Ik geniet van je schrijven, een compliment aan de geest, en laat de arbeidsre-integratie nog even wegblijven.